Culinaire skidag op de Hohe Salve
Germknödel, Kaiserschmarrn, Kasnockn: bepaalde gerechten horen gewoon bij een skidag. Waar de lekkerste hapjes te krijgen zijn en welke hoogtepunten de hutten in het skigebied van de Hohe Salve verder nog te bieden hebben, dat heb ik allemaal voor jullie uitgeprobeerd.
Gipfelalm Hohe Salve – rondom de bergtop
Zoals de naam al een beetje verraad, staat het panoramarestaurant direct op de top van de Hohe Salve. Het is zo groot als een gasthof, maar gezellig als een kleine berghut. In meerdere zalen kiest u tussen zelfbediening en bediening. De “Gipfelalm“ is als sinds 1941 in het bezit van de familie Ager, en de familiaire gastvrijheid voel je al, als je het imposante gebouw betreedt. Peter Ager vertelt me over zijn idee voor de “Umadum Stube” op de Hohe Salve. „Van hierboven af, zie je 73 bergen van 3.000m+. En het maakt niet uit welke kant je op kijkt, het bergpanorama is fantastisch. We wilden dat iedere gast daar van kan genieten en zo zijn we op het idee gekomen om een draaibaar terras te bouwen en later ook het draaibare restaurant – de Umadum Stubn.“ Sinds het begin van december 2016 zijn de poorten van Oostenrijks hoogstgelegen draaibare restaurant met 70 zitplaatsen geopend. En niet alleen het uitzicht is indrukwekkend, ook de authentieke sfeer die door het oude hout bepaald wordt en de heerlijke menukaart kunnen zich laten zien.
„De kwaliteit van onze gerechten vinden we heel belangrijk. We werken samen met regionale producenten. Onze vleesleverancier kunnen we bijvoorbeeld hier vandaan zien“, vertelt Peter Ager trots. Draaien, zien en genieten luidt het motto en dat geldt tot zonsondergang. Vanaf 1829 meter hoogte ga je via de zuidelijke afdaling richting Stoagrub’n.
Buitengewoon authentiek – Stoagrub’n Hütte
Al vanaf flinke afstand zie ik de heks op het zonneterras. Heel passend, want deze hut kan prima als heksenhuisje doorgaan. Het zonneterras is bezet, dus ik bekijk eerst de binnenkant van de hut maar eens. Rustiek, met veel liefde voor detail is de hut ingericht. Echt gezellig. Wat me vooral goed bevalt, zijn de gietijzeren borden die boven de zitplaatsen hangen, waar het menu op is geschreven. Gastheer Hans Ager begroet ons hartelijk. Hij heeft al een knus plekje bij de haard voor ons klaargemaakt, maar laat me eerst nog de kippenladder met de vos zien, die net als bij een koekoeksklok ineens de muur uitkomt. En dat is pas de eerste „streek“ die me hier geleverd wordt. Hans is een heel creatieve gastheer, die steeds iets nieuws bedenkt. Hij heeft bijvoorbeeld wijn- en sektglazen met een houten steel en voet laten maken. En borrelglaasjes uit walnotenschillen. Daarnaast hecht hij aan de hoogste kwaliteit. Een wijnkelder met edele wijnen hoort wat hem betreft net zo goed bij een almhut als het „Stoagrub’n Hauspfandl“. Dat laatste krijgen mijn skipartner en ik na een delicaat aperitief geserveerd.
Mijn tip: voor iedereen die niet kan kiezen, staat er op de menukaart een „Genussgipfel“-wapen (topgenot – wapen). Het geeft aan welke gerechten u zo snel mogelijk en direct naar de top van het genot leiden. Daarnaast is het leuk om de menukaart nauwgezet door te lezen – hij is creatief en vermakelijk.
Het Pfandl wordt geserveerd en ik kan mijn ogen bijna niet geloven. Het is gevuld met macaroni met kaas, spinazie-knoedel, zuurkool, kaas-„nocken“, spareribjes, spek-knoedel en nog veel meer. Ik weet niet waar ik mee moet beginnen. Het is niet alleen prachtig aangericht, maar het smaakt zelfs nog beter. Voor een toetje heb ik geen plek maar, maar een borreltje uit de walnotenschil gaat er nog wel in. Dat was precies genoeg! Ik neem afscheid van Hans en ga verder richting het middenstation.
Wie vanaf de bergtop de rode afdaling kiest, komt direct bij “het Rigi van Tirol”.
Alpengasthof Rigi – een zweem van Zwitserland
Op 1.531m hoogte staat het Alpengasthof, dat de familie Eisenmann sinds meer dan 50 jaar leidt. Waarom dit gasthof ook wel Rigi van Tirol genoemd wordt, vraag ik aan mijn gastvrouw. „Dat komt eigenlijk uit Zwitserland. Een van de mooiste uitzichtsbergen daar is de Rigi. De Zwitsers noemen deze berg ook wel „de koningin van alle bergen”. Die berg heeft veel gemeen met de Hohe Salve, bv. dat hij vanuit alle windrichtingen bereikt kan worden. Daarom heeft de Hohe Salve de bijnaam Rigi van Tirol gekregen“, legt ze me vriendelijk uit. Daarom heet het gasthof zo. Het reusachtige zonneterras is heel geliefd bij iedereen die graag een beetje extra kleur krijgt en daarbij van het indrukwekkende panorama wil genieten. Het gasthof staat vooral bekend om de zelfgebakken taarten. De dichte appeltaart smaakt net zo lekker als die van mijn oma. Dat in combinatie met de lekkere “Häferlkaffee” (surrogaatkoffie uit haver) zorgt dat je je hier echt thuis voelt. Weer terug naar de zuidkant: ga je met de Salvenbahn naar het middenstation, dan kom je altijd langs de Salvenalm.
Drive in – Salvenalm
Direct aan de skipiste gelegen, ski je zo de poort van de Salvenalm binnen. Een skihut, zoals iedereen hem zich voorstelt: ingericht met oud hout, gezellige sfeer en tiroolse lekkernijen met ingrediënten uit het eigen landbouwbedrijf. Maar als ik de hut inkom, ruik ik iets heel anders: PIZZA! Het water loopt me in de mond. De pizzakok gooit het ronde deeg omhoog, belegt het met verse ingrediënten en schuift hem in de pizza-oven. De verse pizza-lucht geeft natuurlijk geduchte concurrentie aan de kaas-nocken. De beslissing is niet makkelijk. Daarnaast staat ook de geliefde Salvenalmtoast op de kaart, die belegd wordt met kalkoenfilet, champignonsaus en sla. Moeilijke keuze.
Mijn tip: voor degenen die het liefst de hele menukaart zouden willen proeven, bestaat ook de mogelijkheid om hier te overnachten. De familie Fuchs heeft direct naast de almhut ook nog een appartementenhuis en een boerderij. Vakantie midden in het skigebied! Ik ga echter verder, want er staat nog een klassieker op mijn culinaire lijst: de kaiserschmarrn. Die ga ik proeven in berggasthof Tenn vlakbij het middenstation.
In elk opzicht smaakvol – Berggasthof Tenn
De buitenkant van het berggasthof is al prachtig en herinnert aan een mooie boerderij. Ook binnen laat de hand van de gastfamilie zich zien in een uitnodigende ambiance met veel hout in Tiroolse stijl. Ik kies voor een plekje op het zonneterras met panoramisch uitzicht. De vriendelijke bediening komt snel en neemt mijn order op. Terwijl ik geniet van de zon in mijn gezicht, pruttelt de kaiserschmarrn in de pan. Dit smaakt overal anders, dus ik ben heel benieuwd. Het wordt geserveerd met appelmoes, poedersuiker en veenbessen, zonder rozijnen, en smaakt heerlijk. Kopje espresso erbij en ik ben gelukkig…
Zonneschijn tanken op het terras van berggasthof Tenn
Cornelia Schierl is allround-sportster en is dol op de outdoor wereld. In de Kitzbüheler Alpen gaat ze op ontdekkingstocht en onderzoekt de insider-tips uit de regio´s. Meer details